donderdag 27 november 2014

Cocktailsaus



De feestdagen naderen en dat was van oudsher de tijd dat er bij ons thuis krabcocktails gegeten werden. Heerlijk vond ik dat altijd. Mijn moeder maakte die dan en ik mocht haar altijd helpen. De krab kwam uit een blikje ("let op kind dat je geen crabmeat neemt want dat is geen echte krab") maar de saus maakte mijn moeder altijd zelf.
De cocktailsaus van mijn moeder. heerlijk. Romig en vol van smaak. Met nét dat beetje extra door een vingerhoedje sterke drank. Dat doe ik er zelf tegenwoordig niet meer in en ook als je de saus voor kinderen maakt is dat beter natuurlijk maar daar werd in mijn jeugd nog niet over nagedacht.
Inmiddels maak ik de cocktails al jaren zelf. En ik maak ze meestal met garnalen, of met surimi (sorry mam, het is mijn portemonnee die dit doet) en een enkele keer met krab. Voor de vishaters gebruik ik kipfilet die ik precies gaar gekookt heb in wat bouillon.
Maar ik gebruik de saus ook wel bij de vlees- of bouillonfondue.

Goed, het recept:

1 1/2 dl mayonaise
tomatenketchup
1/2 dl slagroom
evt. scheutje whisky, cognac of sherry
1-2 theelepels citroensap
1-2 theelepels gv worcestershiresauce (ik gebruik Bull-Dog, bij toko te koop)
peper naar smaak
evt. schijfjes citroen voor garnering

Klop de slagroom half stijf.
In een kom de mayonaise en de ketchup samen roeren totdat het geheel een mooie donkerrose kleur heeft. Dan de slagroom erbij doen en eventueel de drank en de rest. Voorzichtig doorroeren, klaar ! Ik proef natuurlijk altijd wel nog even of het goed op smaak is, anders nog op smaak afmaken met peper, citroensap of worcestershiresauce.

Vul de, van te voren gekoelde, glazen met krab of wat je maar gekozen hebt. Schep de saus er voorzichtig overheen. Steek een schijfje citroen op de rand van het glas ter garnering.





dinsdag 25 november 2014

Haaienvinnensoep zonder haai van kip



Van soep word ik altijd blij. Welke soep het ook is, je kunt mij er´s nachts wakker voor maken. En als je soep aan het maken bent ruikt het ook altijd heerlijk in huis. 
Want soep maak ik wel altijd zelf. Dat heeft drie redenen, ten eerste zijn soepen uit pak of blik veel te zout, ten tweede zijn ze vaak niet glutenvrij en ten derde is zelfgemaakte soep gewoon veel lekkerder. O, en ik vind het ook nog eens heel leuk om te doen natuurlijk. 
Zondag wilde ik eens haaienvinnensoep maken. Die had T. laatst bij de Chinees gegeten en toen had ik er al zin in maar gezien het zoutgehalte toch maar niet genomen. Dus zelf aan de slag. 
Ik maak, en trouwens de Chinees hier ook, de haaienvinnensoep zonder haaienvinnen. Die moet je er niet eens in willen vind ik want de vissers in China snijden de vissen van de haaien terwijl ze nog leven en kiepen de haaien dan weer terug het water in waar ze alsnog het loodje leggen natuurlijk. Dat gaat me toch echt te ver. Ik ben niet tegen het eten van dieren maar het onnodig kwellen van beesten vind ik nu ook weer niet nodig. Kip is dus de basis van deze soep en het wordt gebonden met maizena of aardappelzetmeel om een beetje het geleiachtige te krijgen dat anders van de haaienvinnen af komt. 
Het is echt een heel simpele soep om te maken. Ik heb zelf kippenbouillon getrokken maar je kunt natuurlijk ook kippenbouillon van tabletten gebruiken als je niet op zout hoeft te letten. 
Dit heb ik gebruikt voor ca. 2 liter soep:

ongeveer 200 gram kipfilet
een flink stuk gember (ik had een dik stuk van 5 cm)
ongeveer 1,5 liter kippenbouillon
1 theelepel sesamolie
1/2-1 eetlepel vissaus
1/2 eetlepel glutenvrije oestersaus (de enige die ik gv kan vinden is die van Lee Kum Kee, te koop bij de toko)
1 prei
1 ei
peper naar smaak
maizena of aardappelzetmeel

Schil het stuk gember en snijd het een keer doormidden. Doe de stukken gember in de kippenbouillon, voeg de kipfilet toe en kook die in ongeveer 30 minuten goed gaar. Haal de filet er dan uit en pluis de filet vervolgens helemaal in kleine draadjes. Was de prei en snijd de steel in piepkleine stukjes. Ik heb de donkergroene stukken niet gebruikt, die zijn in de nasi verdwenen. 
Voeg de sesamolie, vissaus, oestersaus en peper aan de bouillon toe. Proef de bouillon en voeg evt. nog een van de ingrediënten toe totdat de bouillon lekker op smaak is. 
Bind de soep vervolgens met aangemaakte maizena of aardappelzetmeel, ik heb 3 eetlepels maizena gebruikt en 2 eetlepels water. Klop in een kommetje het ei los en schenk dit dan langzaam al kloppend in de pan bouillon. Voeg de kip toe en op het laatst de fijngesneden prei. 

Deze soep is heerlijk als voorgerecht maar ook als zomaar een kopje tussendoor na het klussen was het erg lekker. 





woensdag 5 november 2014

Glutenvrije wraps van rijstemeel



Ik heb al diverse recepten om zelf wraps te maken op mijn blog staan, klik hier en hier, maar ik vind het leuk om telkens weer andere te maken.
Dit keer was de basis rijstemeel, aangevuld met tapiocameel. Om het geheel minder droog en kruimelig te maken heb ik wat Fiberhusk toegevoegd, dat is vlozaad. Dit vlozaad absorbeert wel flink wat vocht dus heb ik naar verhouding wat meer water toegevoegd dan je misschien zou verwachten.
Het droog wordt een mooie bal maar het uitrollen is lastig omdat het deeg snel blijft plakken aan de deegroller. Daarom rol ik het uit tussen 2 stukken bakpapier. Op deze manier kun je het ook best dun maken. Het volgende probleem is dan echter om de wrap van je bakpapier in je pan te krijgen.
Het bleef maar scheuren terwijl ik dat probeerde en op het laatst was ik zo nijdig dat ik het ding met bakpapier en al in de pan heb gemikt. Dat was een prima vondst, al zeg ik het zelf, want toen de ene kant eenmaal gebakken was en ik de tortilla omdraaide kon ik het papier er zo aftrekken.

Goed voor 4 wraps heb ik het volgende gebruikt:

135 gram rijstemeel
65 gram ketanmeel (kleefrijstmeel)
65 gram tapiocazetmeel
1 theelepel Fiberhusk
1 theelepel bakpoeder
1 theelepel zout
2 eetlepels olijfolie
ca. 200 ml water

Meng eerst de droge ingrediënten door elkaar en doe er dan de olijfolie bij. Voeg dan geleidelijk aan het water toe terwijl je het deeg doorkneedt. Het is moeilijk te zeggen of je precies 200 ml nodig hebt, het deeg moet soepel aanvoelen en niet brokkelen. Maak er een mooie bal van en verdeel deze in 4 stukken.



Maak een bal van 1 stuk deeg. Leg dat op een stuk bakpapier en leg er een tweede vel bakpapier bovenop. Rol het vervolgens dun uit.



Trek het bovenste vel bakpapier eraf en leg de wrap met de onderste laag bakpapier er nog aan in een anti aanbak koekenpan.



De foto is niet helemaal scherp maar jullie krijgen in ieder geval een idee zo.
Bak de wrap zo een paar minuten en draai hem dan om.
Nu kun je het vel bakpapier er vrij gemakkelijk aftrekken.
Bak nu ook de andere kant.



Herhaal dit met de andere drie stukken deeg.



Deze wraps zijn goed te rollen zolang ze nog warm zijn. Desnoods kun je ze even en paar seconden in de magnetron doen als ze wat afgekoeld zijn. Als ik een grotere hoeveelheid maak dan hou ik de wraps warm door een bord op een pan met kokend water te zetten en ze daar dan op te leggen. Ik leg er dan wel nog een grote deksel bovenop.








Jambalaya




Zoals gewoonlijk loop ik erg achter met mijn web-log. Ik ga proberen om er eens snel wat dingen op te zetten die we in de afgelopen weken gegeten hebben.

Ik dacht dat ik al eens eerder een recept voor jambalya op dit blog had gezet maar ik kan het nergens vinden dus dan wordt het de hoogste tijd want jambalaya is heel erg lekker.
In dit recept gebruik ik cajunkruiden, ik meng het altijd zelf (klik hier voor het recept) maar je kunt natuurlijk ook kant en klare cajunkruiden kopen.
In dit recept gebruik je bij voorkeur langkorrelrijst, geen risotto- of paellarijst want dat wordt te vochtig. Op de foto zie je dat ik een gele paprika heb gebruikt, die had ik nog liggen toen, maar meestal doe ik er een groene en een rode in.

Voor 4 personen heb ik het volgende gebruikt:

250 gram kippendijvlees
1 kruidenbuiktje voor kip
een flink stuk chorizo
100 gram gekookte ham, dikke plak of blokjes
24 grote garnalen, rauw maar wel gepeld
1 groene en 1 rode paprika (of een gele dus..)
1-2 stelen bleekselderij
1 ui
3 teentjes knoflook
1 blikje tomatenblokjes
1 eetlepel cajunkruiden of naar smaak
1 blikje kippenpocheervocht (dit wordt verder in het recept toegelicht)
evt. tomatenpuree en wat extra water
300 gram langkorrelrijst

Pocheer de kip in een pannetje met niet al teveel water waar je een kruidenbuiltje voor kip in hebt gedaan. Zodra de kip gaar is haal je de stukken eruit en snijd ze in kleine blokjes. Bewaar het vocht.
Pel en snipper de ui. Snijd de paprika´s in vieren, verwijder de zaadlijsten en snijd ze daarna in niet te kleine stukjes. Haal eventueel de draden van de stengel(s) bleekselderij en snijd ze in kleine blokjes. Snijd de chorizo en de ham in blokjes.

Bak de chorizo uit in een pan, eventueel wat olijfolie toevoegen maar zeker niet teveel. Voeg dan de ui, paprika, knoflook en bleekselderij toe en laat het een paar minuten bakken. wel steeds doorroeren.
Strooi de cajunkruiden erover en voeg de inhoud van het blik tomatenblokjes toe en evenveel kippenpocheervocht, ik gebruik het lege blikje van de tomatenblokjes om het af te meten.
Doe nu de rijst erbij en roer het geheel goed door. Doe een deksel op de pan en laat het ongeveer 10 tot 15 minuten op een zeer laag pitje pruttelen. Af en toe even doorroeren en zo nodig wat wat of pocheervocht toevoegen.
Nu mogen de garnalen en de blokjes ham erbij. Laat het geheel nog een paar minuten doorsudderen tot de garnalen gaar zijn.
Proef de jambalaya en maak op smaak af met wat (cayenne)peper en/of wat tomatenpuree.










Varkensvlees met boontjes op Oosterse wijze



Vandaag eten we varkensvlees met boontjes. En dan niet met aardappels erbij maar samen in één pan en met rijst. Het is een gerecht dat wij al tientallen jaren bereiden maar ik weet werkelijk niet meer hoe we aan het recept gekomen zijn. Mijn moeder? Uit een boek? Zelf verzonnen? Geen flauw idee.
In de loop van de jaren is er wel wat aan het recept versleuteld, zo gaat dat met recepten, maar inmiddels maak ik het al een tijdje op de manier zoals hieronder beschreven.
Ik gebruik meestal varkenslappen maar natuurlijk kan je ook kip gebruiken als je geen varkensvlees eet. ik zou dan wel voor kippendijvlees gaan of stukken kip met bot en geen kipfilet. Kipfilet vind ik snel droog worden en dat zou jammer zijn. Als ik kipfilet zou gebruiken zou ik de boontjes vooraf koken zodat het niet zo lang hoeft op te staan.
Heb je geen tijd of zin om sperziebonen schoon te maken gebruik dan bonen uit een pot. Voeg die dan pas vlak voor het serveren toe, anders koken ze kapot.

Goed, voor 4 personen gebruik ik het volgende:

400-500 gram varkenslappen
400-500 gram sperzieboontjes
1 ui
2 teentjes knoflook
1-2 theelepels trassi
1 (flinke) theelepel ketoembar
1 (flinke) theelepel djinten
1-2 theelepels gedroogde basilicum
sambal oelek naar smaak
1-2 eetlepels gv ketjap
1 klein blikje tomatenpuree
1 theelepel goela djawa of bruine suiker
peper naar smaak
evt. maizena

Haal de sperzieboontjes af en breek ze in stukken. Pel en snipper de ui.
Snijd de varkenslapjes in dobbelstenen.
Fruit de ui, knoflook, trassi en sambal in wat olie. Bestrooi het vlees met de ketoembar en de djinten. Zodra de ui zacht is voeg je het vlees toe en laat het een paar minuten meebakken.
Doe nu de boontjes erbij, de ketjap, tomatenpuree, bruine suiker, basilicum en ongeveer 3 dl. heet water.
Laat dit ca. 20-25 minuten pruttelen totdat de bonen en het vlees gaar zijn.
Maak op smaak af met zout ene peper en bind het eventueel met wat aangemaakte maizena.

zaterdag 1 november 2014

Glutenvrije vissticks





Wat een heerlijk weer is het vandaag. Meer dan 21 graden was het hier en dat in november. Nog lang geen stamppottenweer dus, vandaag eten we een zomerse hap.
Zoonlief wil graag gebakken aardappels, dus die heb ik al geschild, gekookt en in plakken gesneden. De vraag was natuurlijk wat we er dan bij zouden eten. T. wist het, hij wilde vissticks! En als je coeliakie hebt en glutenvrij moet eten betekent dat zelf maken. Nu is dat helemaal niet erg want het is best wel gemakkelijk om te doen, redelijk snel klaar en zonder meer veel lekkerder dan de (glutenvolle) vissticks die je in de winkel koopt.
En als ik ze maak dan maak ik er meteen een heel stel want je kunt ze heel gemakkelijk invriezen en later hoef je ze dan alleen maar te bakken. Want vandaag eten we ze bij de warme maaltijd maar ze zijn ook heerlijk op een boterham als lunch.

Wat heb ik gebruikt voor 12 flinke vissticks?

600 gram diepvrieskabeljauwfilet (Let op dat je een blok vis koopt, dus niet los gevroren, het moeten van die geperste moten zijn die je mooi in rechte blokken kunt snijden. Ik had kabeljauwfilet van Jumbo, in zo´n pak zitten 4 stukken van elk 100 gram. Ik gebruikte 6 van die stukken.)
peper naar smaak
2-3 eieren
glutenvrij paneermeel (ik gebruikte dit keer fijngemalen cornflakes van Peaks Free From)

Laat de blokken kabeljauw een heel klein beetje ontdooien, en snijd ze dan met een broodmes of zo in de lengte doormidden. Zeker niet helemaal laten ontdooien, het is maar dat je er met je mes doorheen kunt zagen, want ze worden later weer ingevroren.
Klop de eieren in een diep bord los met wat peper. Doe het paneermeel in een ander diep bord.


Leg een stuk vis in het geklopte ei en draai het rond zodat het helemaal met ei bedekt is. Vervolgens leg je het in het bord met paneermeel en rol je het om zodat overal paneermeel komt. (Vergeet de uiteinden niet..)
In principe is het nu al klaar, je kunt nog een tweede keer paneren zodat de paneerlaag iets dikker wordt. Dat hangt helemaal van je eigen smaak af.
Doe de vissticks in een diepvriesbakje, eventueel gescheiden door een stukje bakpapier als je moet stapelen, en zet ze in de vriezer. Hierboven een foto van de ongebakken vissticks.

Om ze te bereiden bak je de bevroren vissticks ongeveer 10 tot 15 minuten in wat boter of olie tot ze gaar zijn. Keer ze regelmatig om.



Wij eten er straks gebakken aardappels bij en een lekkere salade.