Novemberstew

Vandaag heb ik een van de favoriete gerechten van mijn dochter klaargemaakt. Novemberstew heet het en het is een soort stoofpot van ossenstaart, spruiten en kastanjes. Mijn moeder maakte het al, zij had het recept van een goede vriendin van haar. Mijn moeder is al jaren geleden overleden en wellicht de vriendin ook al wel maar het recept leeft nog steeds en ik maak het nog elk jaar minstens een keer klaar. Dankjewel tante Mop! Vandaag wilde ik het op tafel zetten en dus ben ik gisteren al begonnen. Het is een prijzig gerecht, ossenstaart is niet goedkoop en kastanjes ook niet (tenzij je ergens een boom weet te staan natuurlijk). Ook is het pellen van de kastanjes veel werk. Ik heb me laten vertellen dat sommige groentenboeren kastanjes al kant en klaar gepeld en gekookt verkopen maar zelf heb ik die nog nooit gebruikt. In de supermarkt zul je geen kastanjes vinden trouwens, de mijne heb ik gekocht bij een biologische supermarkt die in deze tijd van het jaar altijd een kistje heeft staan.
We waren vandaag met z'n vieren en daarvoor heb ik het volgende gebruikt:

1 grote ossenstaart (die heb ik door de slager in stukken laten hakken)
2 uien
boter
2 glutenvrije vleesbouillonblokken
peper
maizena
1 1/2 pond spruiten
1 pond kastanjes 
 
Uien pellen en snipperen. Spruitjes schoonmaken. Kastanjes inkerven, een kwartier laten koken en warm pellen. 
De staartdelen goed droogdeppen en in flink wat hete boter bruinen, uien erbij. Heet water erbij gieten tot vlees half onder staat. Bouillonblokken in de pan doen en peper. Zeker 4 uur op een zeer laag pitje laten stoven. Dan de stukken staart uit de pan vissen en het vlees van de botten halen. Trek het vlees met twee vorken wat uit elkaar. Ik doe dit meestal de dag voordat ik het wil eten en dan laat ik het wel 6 tot 8 uur opstaan. Het is best moeilijk anders om het vlees van de botten af te krijgen en zo kan ik ook altijd de andere dag het gestolde vet wegscheppen. Vervolgens de spruiten in de pan en het vlees er weer bij en laat het dan pruttelen tot de spruiten gaar zijn. Dan de kastanjes erbij en binden met wat maizena. Je eet het met aardappelpuree of (glutenvrij) brood.

Nog een keer Julia Child

Toen ik van de week op het internet aan het zoeken was naar informatie over Julia Child kwam ik ook een aflevering van haar kookshow The French Chef tegen waarin Julia uitlegt hoe je snel een omelet kunt bakken. Ik heb van mijjn moeder geleerd dat je dan met een spatel telkens gestold ei naar het midden van de pan duwt en nog niet gestold ei naar de rand laat lopen. Zo ga je door totdat het zo goed als allemaal gestold is. Julia Child doet dat anders. Zodra het ei in de pan zit begint ze de pan flink op en neer te schuiven en aan het eind van de rit heeft ze een prachtig omeletje.  Gisteren heb ik voor de lunch het eens op haar manier geprobeerd en verdomd, het lukte. Erg goed zelfs, het resultaat was een heerlijk luchtige omelet die me prima smaakte. Ik heb wel de hele middag last van mijn arm gehad van dat pannenschuiven. Misschien moet ik toch eens wat meer gaan oefenen...

Kip geroosterd met kruiden, knoflook en citroen volgens Julia Child

Eergisteren ben ik met mijn dochter naar de bioscoop geweest. We zijn naar 'Julie and Julia' geweest. In die film worden stukken uit de levens van de beroemde Amerikaanse TV-kok Julia Child (gespeeld door Meryl Streep) en de (op dat moment nog wannabe)schrijfster Julie Powell (gespeeld door Amy Adams) getoond. Julie wil in een jaar tijd alle recepten uit het beroemde boek van Julia Child: Mastering the Art of French Cooking bereiden. Over haar ervaringen tijdens al dat koken houdt ze een blog bij. De film is heel erg leuk. Ik kende Julia Child helemaal niet (shame on me) maar later heb ik filmpjes gezien op YouTube en dan zie je pas echt dat Meryl Streep een fantastische acteerprestatie heeft geleverd. Sommige stukken in de film zijn echt hilarisch en je hebt na de film meteen zin om uitgebreid te gaan koken. Ik heb bij de bibliotheek het book van Julia Child gereserveerd, eens zien wat het is. Uit de film begreep ik al wel dat er door Julia Child ontzettend veel met roomboter wordt gewerkt. Dat is allemaal heel erg lekker maar mijn hart en bloedvaten en mijn internist zijn het daar niet mee eens dus ik weet nu al dat ik toch het een en ander ga aanpassen. Maar dat geeft niets natuurlijk. Goed, ik heb al wel wat op internet gezocht en daar vond ik een recept dat me wel aansprak en dat in ieder geval geen boter bevat. Het is een kiprecept: Herb, Lemon, and Garlic Roast Chicken with Watercress waarbij uitgegaan wordt van een kip van ongeveer 2,5 kilo. Niet alleen zou ik niet weten waar je in Nederland zulke zware kippen kunt kopen maar voor T. en mij samen is dat sowieso veel en veel teveel. Het recept dus maar even wat aangepast zodat het voor twee kippenpoten ongeveer klopte en de waterkers heb ik helemaal weggelaten. Ik heb er gebakken aardappelen en wat gestoomde bloemkool bij gegeten en het was heerlijk. Goed, voor 2 personen heb je het volgende nodig:

2 flinke kippenpoten
1 ui
1 citroen
2-3 teentjes knoflook (ongepeld)
tijm
rozemarijn
zwarte peper
olijfolie

Plet de teentjes knoflook met de platte kant van een mes en doe ze in een ruime schaal. Snijd de citroen doormidden en knijp de beide helften goed uit boven de schaal, Doe ook die twee helften citroen dan in de schaal. Voeg ook rosemarijn en tijm naar smaak toe en flink wat versgemalen zwarte peper. Pel en halveer de ui en snijd de twee helften in schijven. Leg de schijven in een niet ingevette ovenschaal. Wrijf de kippenbouten in met het citroen/kruidenmengsel en leg de kip op de stukken ui. Giet dan de schaal met het citroen/kruidenmengsel over de kip leeg en sprenkel een klein beetje olijfolie over de kip. Zet de ovenschaal vervolgens in een op 220 graden voorverwarmde oven en bak de kip in ongeveer een uur mooi bruin en gaar. Halverwege de baktijd de bouten even omdraaien.

Zuurkoolstamppot

Het begint zo langzamerhand steeds kouder te worden. Gelukkig schijnt de zon nog volop zodat het toch heerlijk is om buiten te zijn. Maar met dit soort weer heb ik niet meer zo'n zin in zomerse groenteschotels. Dinsdag heb ik daarom zuurkoolstamppot gemaakt, Daar had ik maandag al zin in en toen ben ik meteen naar de super en de slager gegaan en heb een pakje ekologische wijnzuurkool gekocht. Aardappels had ik nog in huis maar ik heb nog wel een speklapje en een klein rookworstje meegenomen. Ik heb het als volgt gemaakt:

1 pakje wijnzuurkool (van 500 gram)
500 gram geschilde aardappels, in blokjes gesneden
2 laurierblaadjes
1 ui, grof gesnipperd
1 teentje knoflook
zwarte peper
een glas witte wijn
(vloeibare) boter
1 speklapje
1 klein rookworstje

Deze hoeveelheden zijn voor 2 personen, we hadden een heel klein beetje over.
Fruit de ui en de knoflook in de boter totdat de ui zacht is. Voeg de laurierblaadjes, de zuurkool en de peper toe en bak even mee. Giet er dan de wijn over en roer alles even goed door. Laat het op een zeer zacht pitje met een deksel op de pan even doorpruttelen. Snijd het speklapje in stukken en bak die in een koekenpan met anti-aanbaklaag uit. Wel het rookworstje in heet water en snijd het in dunne plakjes. Voeg spek en worst toe aan de zuurkool. Laat dit een tijd op een zeer laag pitje stoven. Kook de aardappels gaar, giet ze af en stamp ze fijn. Verwijder de laurierblaadjes uit de pan met zuurkool. Doe de aardappels bij de zuurkool en meng alles goed door elkaar. Wij eten het zo graag maar mijn dochter is een echt juskind. Voor haar zou ik het spek dan gewoon bakken in wat boter en dit niet door de zuurkool doen maar het spek en de jus apart serveren.

Cubaans koken

De afgelopen weken zijn voorbij gevlogen. Eerst twee weken vakantie en daarna begon de reeks ziekenhuis- en doktersbezoeken weer. Al die tijd heb ik helemaal niets hier geschreven en ik neem me nu, voor de  zoveelste keer, voor om wat regelmatiger hier te schrijven. Want koken doe ik natuurlijk nog steeds. Weliswaar niet alle dagen even uitgebreid maar ik doe toch mijn best om er elke dag iets lekkers van te maken. In de vakantie heb ik weer een heel stel leuke kookboeken gekocht en daar maak ik nu telkens recepten uit.

Een van die boeken is het boek De Cubaanse keuken van Alex Garcia. Daar heb ik onderstaand recept voor een visschotel uit gemaakt. Erg lekker. Volgens het boek serveer je dit gerecht met gele rijst. Dat heb ik ook gedaan maar ik zit toch teveel vastgeroest in de Nederlandse gewoonte dat ik aardappels op mijn rijst niet geweldig vind. En die aardappels zijn in dit gerecht in de vorm van aardappelpuree volop aanwezig. Een volgende keer laat ik de rijst gewoon weg.

Verder werd er een Ensalada da chayote y aguacate (salade van chayote en avocado) bij geadviseerd. Ik had die dag geen tijd en zin om naar de toko te gaan en daarom heb ik er een salade van avocado met tomaat bij gemaakt en, hoe Nederlands, gestoomde sperzieboontjes. Het smaakte prima!

Goed, voor 4 personen heb je het volgende nodig:

Pudín de pescado

450 gram vastkokende aardappels, geschild en in blokjees gesneden
600-800 gram visfilet, het boek adviseert kabeljauw maar ik had pangasiusfilet
2 middelgrote uien, 1 gehalveerd en 1 gesnipperd
1 klein teentje knoflook
1 citroen, gehalveerd
3 laurierblaadjes
olijfolie
3-4 sneetjes (glutenvrij) witbrood
ca. 2 dl. melk
5 eieren
een paar eetlepels fijngeknipte peterselie
wat boter

Kook de blokjes aardappels gaar en giet ze af. Stamp ze fijn, doe er een scheutje warme melk bij en roer goed door. Zet het dan even weg. Doe de vis met de gehalveerde ui, citroen en 1 laurierblaadje in een pan en giet er heet water op totdat alles net onderstaat. Breng het aan de kook en laat de visfilets een minuut of tien pocheren totdat ze gaar zijn. Haal ze eruit en trek het visvlees uit elkaar. Zet het even weg. Verhit wat olijfolie en fruit de gesnipperde ui, het teentje knoflook en 2 laurierblaadjes totdat de ui zacht is. Haal de laurierblaadjes eruit en zet even apart. Maal het brood fijn in een keukenmachine (of verkruimel het met je vingers). Meng broodkruim, melk en ei in een grote kom of pan. Doe er dan de aardappels, de vis, de uisnippers en de peterselie bij en meng alles goed door elkaar. Schep het dan in een met boter ingevette ovenschaal en zet het een uur in een oven van 180 graden Celsius.

Ensalade criolla (Creoolse salade van avocado met tomaat)

1 rijpe avocado, geschild en ontpit
2 tomaten
1 kleine rode ui

vinaigrette
3 eetlepels olijfolie
1 1/2 eetlepel wittewijnazijn
1 teentje knoflook
2 theelepels mosterd
1-2 eetlepels fijngeknipte peterselie
zwarte peper

Snijd de avocado in stukken en de tomaten in blokjes. Snipper de ui fijn. Roer alles voor de vinaigrette door elkaar. Meng avocado, tomaten en ui door elkaar en giet er de vinaigrette overheen. Roer het voorzichtig een keer om.
Deze salade maak je vlak voor het eten klaar want avocado verkleurt nogal snel.
Helaas geen foto van de salade, die ik heb gemaaakt is zwaar overbelicht.


Uit het boek: 'De Cubaanse keuken' van Alex Garcia, Veltman Uitgeverij, ISBN 9059203194