vrijdag 4 september 2020

Daging rendang


 

Rendang. Ik ben er dol op. Mijn moeder maakte het al en ik heb haar recept maar maakte het niet zo heel vaak omdat het toch wel bewerkelijk is. Het vlees moet uren opstaan, het gerecht moet helemaal inkoken en je blijft roeren. Nu heb ik sinds een paar jaar een slowcooker en daarin gaat het een stuk gemakkelijker. Het staat evengoed uren op maar de kans op aanbranden is eigenlijk minimaal. Dus tegenwoordig maak ik het vaker. Ik gebruik nu wel kokosmelk, mijn moeder gebruikte geraspte kokosnoot die ze zacht bakte en fijn wreef tot een pasta. Als ik dit in een pan maak gebruik ik zeker wel 400-500 ml kokosmelk, in een slowcooker gebruik je veel minder vocht dus 200 ml. Verder doe ik een klein stukje trassi in het gerecht, mijn moeder deed dat niet. 

Voor 3 grote eters (zoonlief at mee) heb ik het volgende gebruikt:

600 gram riblappen

4 sjalotten of 1 grote ui

5 tenen knoflook

1 stuk gemberwortel van 3 cm (of 1-2 theelepels djahƩ)

1 stuk koenjit van 2 cm (of 1/2-1 theelepel koenjitpoeder)

1 stuk laos van 2 cm (of 1-2 theelepels gemalen laospoeder)

3 theelepels ketoembar

2 theelepel djinten

rode lomboks of sambal oelek naar smaak 

1/2 theelepel kruidnagelpoeder

1 stengel sereh

4 djeroek poeroet blaadjes

2 salamblaadjes

4 kemirienoten

1-2 theelepels trassi

een paar cm van een blok santen

200 ml kokosmelk


Snijd de uien, knoflook en pepers zeer fijn en de gemberwortel, koenjit en laos in grove stukken. Breek de santen in stukken. Snijd het vlees in flinke dobbelstenen. Rasp de kemirienoten. Kneus de sereh en leg er een knoop in. 

Doe alles in de slowcooker, roer het even door elkaar en laat het 8 uur op laag of 4 uur op hoog met het deksel op de pot stoven. Roer het na een uur of 2 even door. Het gerecht wordt vrij dik maar zo nodig kan je een heel klein beetje water toevoegen. Haal de blaadjes, stukken gember, koenjit en laos en de stengel sereh uit de rendang. (Of waarschuw de eters dat die er nog in zitten..) Proef het gerecht en maak eventueel op smaak af met wat ketjap.